Een boxermomentje

Kwart voor 7 staat ze naast mijn mand. “Hannes, kom op, eruit luiwammes. Ik weet dat het je laatste vakantiedag is maar uitslapen zit er niet bij vandaag. Hup Hup, in de poten want de mannen van de riolering komen zo om te graven in de tuin en dan loop jij alleen maar in de weg.” Ik til mijn slaperige kop op. Hu? Wat? Opstaan? En nog geen 5 minuten later zitten ik te suffen in de auto, op weg naar het strand. Het is nog geen 7 uur in de ochtend als ik samen met mijn baasje in de branding sta. Wat een tijdstip, wat een stilte, wat heerlijk eigenlijk. En zo struinen we het strand af, verstop ik mijn bal in het zand en word ik af en toe overspoeld door de golven. Toch wel lekker, zo vroeg en tot mijn verrassing zijn wij niet de enige die op dit tijdstip al op pad zijn. Ik sjees en race met andere honden, van mini hazewindhond naar een huskie. Het maakt mij niet uit. Ik vermaak mij prima. Na anderhalf uur hangt mijn tong op mijn knieën en lopen we richting de strandafgang.
En daar staat ze, bovenaan. Ik had haar gisteren al ontmoet. Ruby, een boxador oftewel een labrabox. De bouw van een boxer, de kleuren van een boxer en volgens de baasjes het karakter van een boxer maar met een langere snuit. Gisteren viel ik als een blok voor haar en nu. Ik zie haar daar staan tussen haar baasjes in. Met een ruk aan de riem worstel ik mij los en stort mij op Ruby. Ze ramt mij terug. Ik spring en dans om en op haar heen. Ondertussen ram ik ook nog even haar baasjes. Ze is zo mooi.
“Ik dacht dat mijn hond veel energie heeft maar Hannes is een volbloed boxer hè? Wat een verschil, een kruising of een echte. Is ‘ie de hele dag zo, of is het een momentje?”
Als mijn baasje mij weer te pakken heeft, vertelt ze dat ik soms ook rustig ben. Best wel vaak eigenlijk. Maar als ik aan ga, dan ga ik ook goed aan. En zul je het weten dat ik een boxer ben.
Onderweg naar huis zegt het baasje dat ik mij bij thuiskomst moet gedragen. Ik mag niet de tuin in om de werkmannen te begroeten. “Doe maar gewoon een tukkie, Hannes. Na anderhalf uur sjouwen op het strand moet je toch moe zijn?”
Nou…. Wat er volgde kwam rechtstreeks uit een tekenfilm. In ons piepkleine tuintje stonden twee robuuste mannen. Grote schoenen, grote handen, brede borst. Maar honden, nee, daar hielden ze niet zo van. “Laat die maar dicht mevrouw”. Dus de deuren vanuit de kamer naar de tuin bleven dicht. De deuren van de schuur naar de tuin bleven dicht, de keukendeur, de bijkeukendeur en de schuurdeur bleven allemaal dicht. Althans, dat was de bedoeling. Maar mijn eten stond in de schuur, mijn mand in de kamer, het verse water in de keuken en natuurlijk liepen mijn baasjes continu heen en weer om foto’s te maken van de rioleringsbuizen, putten en aansluitingen die onder het vele zand naar boven kwamen.
En ik, ik had maar één doel in mijn leven. Deze werklui begroeten in boxerstijl. Dus ik glipte door de ene deur, dan weer door een ander kiertje. Baasje draaide zich om en ik was al weer ergens anders. Het ging nog goed totdat de bouwopzichter, die even langs kwam om de boel te bespreken, niet in de gaten had dat ik ook in huis was. Hij trok de deur naar de woonkamer open om iets te vragen. Ik nam een aanloopje en sprong met 4 poten tegelijkertijd op werkman nummer 1. Die stond tot aan zijn knieeën in het zand en kon geen kant op. Ik likte zijn kale kop, ramde zijn borstkas en schoot toen naar werkman nummer 2. Ik had zo’n vaart dat werkman nummer 2 achterover viel in de kuil die hij net zelf had gegraven. Ja, leuk spel, blafte ik nog en dook hem achterna het gat in.
Baasje stond te schreeuwen in de schuurdeur opening. Grote baas stond in de andere deuropening en de bouwopzichter….. die pakte mij bij kop en kont en zo vloog ik met een flinke boog weer de woonkamer in.
Ja, ik heb zo mijn rustige momenten, maar toevallig niet vandaag.
Je verhalen blijven leuk!!
Dank je wel!